Blijf je moeilijk zwanger?
Misschien is het jou al overkomen: na de bevestiging van zwangerschap blijkt die niet te evolueren zoals verhoopt, of eindigt ze vroegtijdig in een zwangerschapsverlies.
Die ervaring gaat vaak gepaard met bittere teleurstelling, verdriet en veel vragen. Weet echter dat je niet alleen bent.
Brussels IVF zet zijn expertise in voor wensouders die moeite hebben om zwanger te worden en te blijven. Want ook dat is een heel belangrijk aspect van vruchtbaarheid.
Om die reden hebben we binnen de medisch begeleide voortplanting in het UZ Brussel het specifieke zorgtraject ‘Moeilijk zwanger blijven’. In de miskraamkliniek wordt gezocht naar mogelijke risicofactoren die kunnen aangepakt worden voor een volgende zwangerschap. Vervolgens wordt een nieuwe zwangerschap nagestreefd en nauwlettend opgevolgd.
Belangrijk om te weten
1 op 6 vrouwen wordt geconfronteerd met een zwangerschapsverlies.
Ondanks het feit dat je dus zeker niet alleen bent, weten we dat de biologische verklaring voor een zwangerschapsverlies en de hoge frequentie ervan haast haaks staan op de eenzaamheid die vele wensouders ervaren. We kunnen echter het belang om hierover te praten met elkaar en om psychologische ondersteuning of counseling in te schakelen, niet voldoende benadrukken.
Implantatiezorgpad en zorgpad bij zwangerschapsverlies:
Minstens de helft van alle (spontane) bevruchtingen of zwangerschappen eindigt vroegtijdig. In de meeste gevallen omdat er na bevruchting geen innesteling plaatsvindt en er dus geen sprake is van (beginnende) zwangerschap.
Nestelt de bevruchte eicel zich wel in de baarmoeder, dan start de productie van het zwangerschapshormoon, die toelaat vast te stellen dat je zwanger bent.
Ook daarna kan het gebeuren dat een zwangerschap zich niet verder ontwikkelt.
- Als de ontwikkeling heel snel stopt, wordt dat een ‘biochemisch zwangerschapsverlies’ genoemd. Er is een stijging van het zwangerschapshormoon in het bloed, maar geen echografische waarneming die de zwangerschap bevestigt.
- Van een ‘klinisch zwangerschapsverlies’ wordt medisch pas gesproken wanneer op de echografie een zwangerschap te zien was die vervolgens niet verder evolueert.
Algemeen beschouwen we een zwangerschapsverlies als een natuurlijk selectiemechanisme, omdat de oorzaak meestal ligt bij een ontwikkelingsfout van de vrucht, vaak omwille van abnormale inhoud van de chromosomen. Hoewel deze ervaring heel zwaar is voor de wensouder(s), komt zwangerschapsverlies frequenter voor dan doorgaans gedacht en vaker op oudere leeftijd. Met de leeftijd daalt de kwaliteit van de eicellen en stijgt de kans op genetische (chromosomale) afwijkingen in het embryo.
Er wordt van herhaald zwangerschapsverlies gesproken wanneer twee of meer zwangerschappen vroegtijdig stoppen. Van alle zwangere vrouwen ervaart vijf procent twee miskramen, en wordt twee procent zelfs drie keer met een zwangerschapsverlies geconfronteerd.
Er is vaak niet één oorzaak aan te wijzen voor (herhaald) zwangerschapsverlies. Wellicht spelen verschillende factoren tegelijk een rol, zowel in het embryo als in het lichaam van de moeder.
Indien jij al meermaals geconfronteerd werd met een niet goed evoluerende zwangerschap, volgen we jou en je volgende zwangerschap met een team van experten nauwgezet op, via frequentere echografieën, bloedafnames en eventueel onderzoek op het verloren vruchtje.
Voor wie?
Je kan in dit zorgtraject opgenomen worden als je je in één van onderstaande groepen herkent:
- Patiënten bij wie een IVF- of ICSI-behandeling ondanks de herhaalde terugplaatsing van een kwalitatief embryo niet leidt tot een zwangerschap (herhaald implantatiefalen)
- Patiënten bij wie een inseminatie of IVF-/ICSI-behandeling, na een positieve zwangerschapstest, bij herhaling is geëindigd in een zwangerschapsverlies (herhaald zwangerschapsverlies)
- Spontaan zwangere vrouwen die twee, of meerdere, opeenvolgende malen een zwangerschapsverlies ervaren (herhaald zwangerschapsverlies)
Aangezien er vaak geen eenduidige oorzaak wordt gevonden van herhaald zwangerschapsverlies, kan de voorgestelde aanpak wisselen van patiënte tot patiënte.
Wat doen we precies?
- Risicofactoren opsporen en behandelen
- Jouw situatie (en eventuele zwangerschap) klinisch opvolgen
- Je psychologische ondersteuning bieden
- Wetenschappelijk onderzoek voeren